Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen togen op de Kohathieten, dragende het heiligdom; en [[25]deanderen] richtten den tabernakel op, tegen dat [26]dezen kwamen. 25. Namelijk, de Gersonieten en Merarieten, die voorgetogen waren met het leger van den stam van Juda, gelijk te zien is uit vs.17. 26. Namelijk, de Kohathieten.